Docenten Nederlands 15-18 | niveau 4 | Rouwdouwers

Introductie
Falun Ellie Koos (1992) is schrijver en filmmaker. Hen studeerde af in Writing for Performance aan de Hogeschool voor de Kunsten in Utrecht. Hen schreef en regisseerde de bekroonde korte film De vloer is lava. Diens werk is gepubliceerd bij o.a. DIG, Kluger Hans, de Revisor, Extra Magazine en Trouw. Voor het essay ‘Bruiklener’ won hen in 2022 de Joost Zwagerman Essayprijs. In 2023 ontving Koos een C.C.S. Cronestipendium voor beloftevolle auteurs van de gemeente Utrecht. Rouwdouwers (2024) is hun debuut. Opvallend is dat dit boek volgens Tzum onder twintigers en dertigers steevast besproken wordt als een van de beste boeken van het jaar. Koos’ stijl wordt omschreven als indringend en rauw.

Inhoud
De teleurgestelde kunststudent Ada vertrekt naar Galicia om daar te gaan houthakken bij Molina, met wie ze nauwelijks kan communiceren. De man is nogal ruw. Op het terrein houdt hij enkele honden die hij nog net niet mishandelt. Ada bouwt juist een band op met deze honden en beschermt ze tegen Molina’s geweld.
Het verhaal is geschreven als een vertelling aan haar broer Broos, die ze met ‘jij’ aanspreekt. Vanuit Galicia kijkt ze terug op hun gezamenlijke jeugd. Hun moeder zat nog op de middelbare school toen ze Ada kreeg. Ze was ongewenst. Dat er nog een kind kwam, was vooral omdat de ouders bang waren dat Ada anders verwend zou worden en omdat vader liever een zoon had gehad. Achteraf blijkt dat eerder Ada dan Broos in de buurt kwam van de ideale zoon die vader voor ogen leek te hebben, want zij was een stoer meisje dat het niet in haar hoofd haalde om ergens om te gaan janken. Broos was nogal hysterisch en dat gedrag werd door de vader duidelijk afgekeurd. Nadat de ouders uit elkaar gingen, waren ze meestal bij de moeder, soms bij de vader. Dat laatste ervoeren de kinderen als een straf. De vader wilde dat zijn kinderen zich wapenden tegen de keiharde wereld en daarvoor hanteerde hij een nogal hardhandige aanpak.
Als de moeder na een noodlottig ongeluk overlijdt, verhuizen de kinderen permanent naar de stacaravan van hun vader die dan vooral een verbitterde hovenier is. De herinneringen die Ada met haar broer deelt, zijn behoorlijk heftig, omdat daaruit een voortdurende angst blijkt dat haar vader om het minste of geringste tegen haar zal uitvaren (‘als ik geluid maak, schopt hij me dood’). Ook als Ada allang geen contact meer heeft met haar vader en haar broer, ondervindt ze nog de gevolgen van deze harde opvoeding.
Zoals Ada vroeger Broos probeerde te beschermen tegen het geweld van haar vader, probeert ze in Galicia de honden te beschermen tegen dat van Molina. Een wat minder belangrijke verhaallijn betreft de relatie tussen Ada en haar studiegenoot Frédérique. De persoonlijkheid van Frédérique lijkt vooral een contrast te vormen met die van Ada, net als haar nogal perfect ogende jeugd ten opzichte van de dramatische van Ada. Frédérique gaat niet alleen met Ada, maar ook nog met allemaal mannen naar bed. Ada concludeert dat Frédériques aanhankelijkheid geen betekenis heeft, omdat ze die bij iedereen zoekt. Er wordt aan het eind gesuggereerd dat Frédérique Ada vooral gebruikt heeft voor haar kunstzinnige ideeën.

Moeilijkheid
De roman is vrij heftig vanwege rauwe herinneringen die Ada met haar broer deelt. Er komen grove scènes voor, waarin sprake is van fysieke en emotionele verwaarlozing, maar ook van fysieke en psychische intimidatie. Zo laat de vader zijn kinderen expres door bijen prikken om te kijken of ze allergisch zijn. Deze scènes zijn extra heftig, omdat soms ook de zachtaardige kant van de ouders beschreven wordt. Dat contrast maakt dat het boek in psychologisch opzicht complex is. Veel wordt er niet uitgesproken, maar er hangt continu een sfeer van dreiging.
Daartegenover staat dat het boek qua stijl heel toegankelijk is. Koos gebruikt veel enkelvoudige, korte zinnen. Het boek is daardoor niet moeilijk te lezen. Toch is deze stijl wel enigszins verraderlijk, omdat er veel tussen de regels blijft hangen. Ook is de stijl rauw en grof. Niet iedere lezer zal dat prettig vinden, maar voor de lezer die daar minder moeite mee heeft, geeft het juist ook een meerwaarde, omdat de stijl past bij de inhoud. De lezer van de hogere niveaus zal de compositie van het boek waarderen, waarbij parallellen te zien zijn tussen de twee verhaallijnen: de verwaarlozing van de honden door Molina in Galicia tegenover de verwaarlozing van Ada en Broos door hun ouders. De verhaallijn van Frédérique is voor alle lezers wat lastig te peilen. Hier lijkt vooral de teleurstelling door te klinken van Ada in haar relatie met Frédérique, maar ook in de wereld van de kunst in het algemeen.

Didactische en letterkundige analyse

Dimensies

Indicatoren

Toelichting | complicerende factoren

Algemene vereisten

Bereidheid

Het boek bevat vrij heftige en rauwe scènes waarin de broer en zus leden onder fysieke en emotionele verwaarlozing en intimidatie.

 

Interesses

Het boek is interessant voor lezers die graag nadenken over levensvragen, relaties, vrouwelijkheid, ziek zijn en schrijverschap. Psychologie en filosofie gaan in dit boek hand in hand.

 

Algemene kennis

Niet van toepassing.

 

Specifieke literaire en culturele kennis

Niet van toepassing.

Vertrouwdheid met literaire stijl

Vocabulaire

Zeker niet ingewikkeld.

 

Zinsconstructies

Vooral veel enkelvoudige, relatief korte zinnen.

 

Stijl

Rauw en beknopt. Veel open plekken. Show don’t tell.

Vertrouwdheid met literaire personages

Karakters

Het verhaal draait hoofdzakelijk om Ada, Broos en hun beide ouders. De relatie met vader komt het meest naar voren. De karakters van alle vier komen sterk tot uitdrukking, vooral tussen de regels door. Het gaat bij alle vier om complexe karakters die niet eenvoudig te duiden zijn. Daarnaast spelen Molina en Frédérique nog een belangrijke rol. Molina weerspiegelt de vader. Frédérique vormt juist een contrast met Ada.

 

Aantal karakters

Het aantal karakters is goed te overzien: Ada, Broos, vader, moeder, Molina en Frédérique.

 

Ontwikkeling van en verhouding tussen de karakters

Dit boek draait om de verschillende karakters en hun onderlinge verhoudingen. Die verhoudingen zijn allemaal complex. Je ziet vooral de ruwe kant van de ouders, maar je vangt toch af en toe een glimp op van hun liefdevolle kant. Juist dat schrijnt, omdat je voelt hoe ingewikkeld het dan wordt om van de ander te houden. Omdat de moeder vrij vroeg overlijdt, zie je bij haar niet echt een ontwikkeling. Bij de anderen wel. Je ziet hoe Ada en Broos gevormd en beschadigd zijn door hun opvoeding. Je ziet hoe die complexe jeugd ook invloed heeft op hun latere leven en verhoudingen met andere mensen. Je leest hoe Broos steeds verder afglijdt en net als de moeder niet echt tegen het leven is opgewassen. In Ada zie je de ruwheid van de vader terug, maar toch zeker ook haar kwetsbare en zachtaardige kant. Aan het eind ontroert de verhouding tussen Ada en haar vader, juist omdat deze ‘zachte kant’ van hun relatie nauwelijks uitgesproken wordt.

Vertrouwdheid met literaire procedés

Spanning

De spanning bevindt zich vooral op psychologisch vlak, tussen de personages, maar ook in de ontwikkeling van de personages afzonderlijk. Je wilt graag weten wat er van Broos geworden is en waarom Ada zich tot hem richt. Ook wil je weten hoe de verhouding tussen Ada en haar vader zich verder ontwikkelt, als ze elkaar nauwelijks nog zien. Er is ook spanning voelbaar in de verhaallijn van Galicia. Hoe ontwikkelt zich de stugge verhouding tussen Ada en Molina en wat gebeurt er met de honden als Molina die zo sterk verwaarloost?

 

Chronologie

Ada deelt haar herinneringen met Broos. Die herinneringen worden niet chronologisch weergegeven, maar eerder intuïtief, per ‘ingeving’. Deze herinneringen aan haar jeugd worden afgewisseld met herinneringen aan haar relatie met Frédérique en met gebeurtenissen in Galicia, waarin Ada soms ook terugblikt op haar reis. Al met al is er nauwelijks sprake van enige chronologie, behalve in de gebeurtenissen in Galicia. Dit gebrek aan chronologie vormt echter geen probleem voor het volgen van het verhaal, omdat duidelijk is dat het hier om herinneringen gaat.

 

Verhaallijn(en)

Globaal zijn er drie verhaallijnen: herinneringen aan de jeugd van Broos en Ada; de relatie met Frédérique; het verblijf van Ada in Spanje.

 

Perspectief

Het perspectief ligt voortdurend bij Ada, die schrijft aan Broos. Er is geen aanhef, zoals bij een brief, maar ze spreekt hem wel aan met ‘jij’.

 

Betekenis

Het boek zet je aan het denken over complexe relaties tussen ouders en kinderen, over emotionele en fysieke verwaarlozing, die gevolgen heeft voor latere relaties. Daarnaast gaat het boek over verwachtingen van ouders en het verlangen van kinderen om aan die verwachtingen te voldoen. Bovendien is de relatie tussen broer en zus van belang, hoe zij elkaar beschermen tegen het geweld van ouders, maar ook hoe zij rivalen zijn van elkaar.
Het boek werpt een kritisch licht op de kunstwereld, hoe autobiografische elementen in kunst kunnen voelen als verraad en hoe kunstenaars onderling met elkaar omgaan. Lezers van de hogere niveaus zullen waarderen hoezeer de rauwe stijl met de open plekken past bij de complexe familierelaties. ‘Taal’, of juist de afwezigheid ervan, en non-verbale communicatie spelen op meerdere niveaus een belangrijke rol, namelijk in alles wat onuitgesproken blijft tussen de gezinsleden, maar ook tussen Ada en Molina (hier vanwege de taalbarrière). Deze communicatie wordt gespiegeld in het contrast tussen Molina’s en Ada’s omgang met de honden.

Relevante bronnen voor docenten

 

Interview met Falun Ellie Koos door Jos Verdonk
Recensie van Rouwdouwers door Martijn van Bruggen

Externe leestips 

 

Jan Wolkers, De doodshoofdvlinder (1979)
Oek de Jong, Pier en oceaan (2012)

Auteur docentinfo

 

Dietske van den Berg-Geerlings