Docenten Nederlands 15-18
| niveau 1 | Komt een vrouw bij de dokter
Introductie
Kluun debuteert in 2003 met Komt een vrouw bij de dokter. Hij heeft dit boek geschreven nadat zijn vrouw aan kanker is overleden. Het boek werd door de critici niet positief ontvangen: 'oppervlakkig en plat' was het oordeel. Het werd uiteindelijk wel een verkoopsucces: er zijn meer dan één miljoen exemplaren verkocht en het boek is in zo'n dertig andere landen uitgegeven. In 2006 won het boek de NS Publieksprijs. Het boek is in 2009 verfilmd door regisseur Reinout Oerlemans.
Na Komt een vrouw bij de dokter heeft Kluun onder andere een boek voor aanstaande vaders geschreven (Help, ik heb mijn vrouw zwanger gemaakt!, 2004) en een vervolg op Komt een vrouw bij de dokter: De weduwnaar (2006). In 2011 verscheen een beschrijving van zijn tijd bij het marketingbureau in het boek Haantjes.
Inhoud
Let op: onderstaande tekst bevat belangrijke details over de afloop van het verhaal.
Het verhaal begint in 1999. Stijn en Carmen zijn een jong stel met een dochtertje, Luna, van drie jaar oud. Stijn werkt bij een marketingbedrijf en Carmen heeft ook een eigen bedrijf. Het gaat hen voor de wind, totdat Carmen te horen krijgt dat ze borstkanker heeft.
Stijn noemt zichzelf een hedonist met zware monofobie: hij heeft angst om monogaam te zijn. Carmen heeft dat tot dan toe gedoogd. Stijn zoekt, nu Carmen steeds zieker wordt, meer dan ooit zijn toevlucht in vreemdgaan om de spanningen thuis te ontvluchten. Zijn vrienden Frenk en Ramon zijn daarbij soms een dekmantel. Begin 2000 moet Carmen stoppen met werken.
Als de carnavalsdagen aanbreken, gaat Stijn traditiegetrouw naar Breda. Net als voorgaande jaren ontmoet hij Roos daar. Roos laat zich niet versieren, maar ze accepteert wel Stijns visitekaartje. Terug in Amsterdam neemt Roos contact op met Stijn; dat is het begin van hun verhouding. Hun relatie voelt echter anders dan het eerdere vreemdgaan. Stijn gaat van Roos houden en wil niet meer zonder haar. Stijn verzwijgt alles voor Carmen met wie het steeds slechter gaat. De kanker is inmiddels uitgezaaid naar de lever. Haar borst is geamputeerd en ze voelt zich niet meer aantrekkelijk.
Als duidelijk is dat Carmen niet meer beter zal worden, krijgt ze pijnbestrijding. Stijn en Carmen besluiten om hun laatste tijd samen zo goed mogelijk in te vullen en groeien weer naar elkaar toe. Stijn ziet Roos een aantal maanden niet, maar hij kan hun verhouding niet definitief verbreken.
Als ook de pijnbestrijding niet meer helpt, gaat het snel achteruit met Carmen. Ze besluit dat ze euthanasie wil en nadat ze afscheid heeft genomen van haar familie, vrienden en Luna, sterft ze in het bijzijn van Stijn. Hij vraagt diezelfde avond nog aan Roos of ze bij de begrafenis van Carmen wil zijn.
Moeilijkheid
Komt een vrouw bij de dokter leest gemakkelijk weg, de medische termen uitgezonderd. N1-lezers zullen de verhaallijn die verdeeld is over korte hoofdstukken, goed kunnen volgen. Het thema doet een beroep op meerdere emoties (boosheid, verdriet, angst) en is voor een grote groep mensen herkenbaar: veel mensen hebben in hun omgeving iemand verloren aan kanker.
Twee aspecten kunnen het lezen en begrijpen van het boek wellicht wat lastiger maken en daardoor is het boek ook geschikt voor de N2-lezer. Allereerst is daar het gedrag van de hoofdpersoon. Het vreemdgaan van de hoofdpersoon roept vragen op die niet zomaar te beantwoorden zijn. Ten tweede wordt het ziekteproces redelijk gedetailleerd weergegeven: gesprekken bij de artsen met de bijbehorende medische termen zijn wat lastiger te volgen voor een N1-lezer.
Dimensies |
Indicatoren |
Toelichting | complicerende factoren |
Algemene vereisten |
Bereidheid | De roman omvat 317 pagina's. Dat kan voor een N1-lezer een struikelblok zijn. De verhaallijn is - op enkele flashbacks na - chronologisch, wat het werk weer aantrekkelijker maakt. Voor een N2-lezer hoeft de omvang geen probleem te zijn. De dramatische verhaallijn zal een N2-lezer zeker aanspreken, waar het misschien voor sommige N1-lezers (jong, nog niet 'wereldwijs') te ver van zijn bed zal zijn. Wat zowel N1- als N2-lezers wellicht ontgaat, zijn de ethische vragen die het boek oproept. |
|
Interesses | Het boek bespreekt een aantal universele thema's, waardoor het voor een breed publiek interessant is: liefde, overspel, ziekte, angst en dood. Mensen die overspel om principiële redenen afkeuren, zullen het boek niet positief beoordelen. Het boek is voor zowel mannelijke als vrouwelijke lezers geschikt: jongens kunnen zich goed identificeren met de mannelijke hoofdpersoon Stijn. Meisjes zullen zich eerder verwant voelen met Carmen. |
|
Algemene kennis | De medische termen die worden gebruikt, worden in het boek uitgelegd. Daarvoor is dus geen kennis vereist. Wel is het een pre als je enigszins bekend bent met medische termen: ze zijn dan wat makkelijker te begrijpen. Voor een N1-lezer kan dat het lezen lastiger maken. Het verhaal speelt zich voornamelijk af in Amsterdam, maar kennis over deze stad is niet nodig: wat nodig is, wordt toegelicht. De sfeer in de hippe tenten en de leefstijl van de grachtengordel zullen bij (jonge) N1- en N2-lezers niet bekend zijn. Kluuns beschrijvingen zijn echter helder en concreet genoeg om je daar als lezer een beeld van te kunnen vormen. |
|
Specifieke culturele en literaire kennis | Kluun maakt gebruik van 'wramples': muziek- of tekstfragmenten die worden ingepast in een geschreven tekst. Aan het begin van het boek staat een uitleg over dit begrip. De lezer heeft verder geen specifiek literaire kennis nodig. Het is wel een pre wanneer je de betreffende nummers kent: dat geeft een extra dimensie aan de leeservaring. Lezers op N1 zullen waarschijnlijk hulp nodig hebben om de koppeling tussen de wramples en de hoofdstukken te maken. |
Vertrouwd met literaire stijl |
Vocabulaire | Het vocabulaire zou geen probleem moeten opleveren voor een ervaren N1-lezer. De enkele keer dat een betekenis niet meteen helder is, maakt de context deze wel duidelijk. Voor een beginnende lezer is het vocabulaire in sommige tekstgedeelten lastig te noemen. |
|
Zinsconstructies | De zinnen zijn niet complex: enkelvoudige en samengestelde zinnen worden afgewisseld. Goed te doen voor N1 en N2. |
|
Stijl | Kluun schrijft in een directe stijl: weinig opsmuk, weinig beeldspraak. Hij blijft dicht bij spreektaal, wat het werk voor een N1-lezer toegankelijk maakt. Er zijn veel dialogen waarbij steeds helder is wie aan het woord is. Kluun kent geen taboes waardoor het boek soms ruw overkomt. |
Vertrouwd met literaire personages |
Karakters | De karakters zijn niet moeilijk te doorgronden. De personages worden vrij grondig uitgewerkt en hun gedrag levert niet veel verrassingen op. De ontwikkeling van de belangrijkste personages is minimaal en doet dus geen groot beroep op het identificatievermogen van de lezer. Wanneer je het als lezer - om welke reden dan ook - lastig vindt je in te leven in de situatie, wordt het ook lastig om je betrokken te voelen bij wat de personages meemaken. Het feit dat het verhaal gebaseerd is op ware gebeurtenissen, vergroot die betrokkenheid dan wel weer. De karakters (van Stijn en in mindere mate die van Roos) kunnen ook weerstand oproepen: Stijns gedrag is zeker niet algemeen geaccepteerd en zijn personage wordt vaak als onsympathiek bestempeld. |
|
Aantal karakters | Het aantal hoofdpersonen is niet groot. Een N1-lezer kan dat aantal prima aan. Een N2-lezer zal ook meer aandacht hebben voor de bijfiguren, maar dat kan wat lastig zijn. Het zijn er nogal veel en ze zijn niet erg uitgewerkt. Een N1-lezer zal het lastig vinden om alle bijfiguren te plaatsen in een sociogram rondom de hoofdfiguren; voor een N2-lezer is dat juist een uitdaging. |
|
Ontwikkeling van en verhouding tussen de karakters | Voor een N1-lezer is het erg lastig om de verhoudingen (Stijn/Carmen en Stijn/Roos) te doorgronden. De lezer zal de verhoudingen ter kennisgeving aannemen en zal waarschijnlijk negatief over Stijn oordelen. Een genuanceerdere kijk op de verhoudingen is niet aan de orde. Misschien dat een N2-lezer daar wel een start mee kan maken. |
Vertrouwd met literaire procedés |
Spanning | De gebeurtenissen in het boek volgen elkaar snel op. Samen met de directe stijl levert dat een 'snel' boek op. De spanningsboog blijft gespannen staan, omdat je als lezer wilt weten hoe Stijn zich gaat gedragen: hij leeft een flitsend leven dat verre van standaard is, dus dat levert veel spannende momenten op. Ook leeft de lezer mee met Carmen. Haar ziekteproces is ook een aspect dat boeit. |
|
Chronologie | Het verhaal is dankzij meerdere flashbacks a-chronologisch. Het verhaal bevat tijdsprongen en tijdverdichting. Voor de beginnende N1-lezer kan dat even wennen zijn, maar voor de gevorderde N1- en de N2-lezer zal het geen problemen opleveren, want Kluun is helder genoeg in zijn beschrijvingen. De lezer raakt niet snel de draad van het verhaal kwijt. |
|
Verhaallijn(en) | Er zijn twee verhaallijnen: het ziekteproces van Carmen en de relatie tussen Stijn en Roos. De lijnen raken elkaar natuurlijk regelmatig, maar zijn soms sterk gescheiden. Voor de lezers moet het geen probleem opleveren, omdat de hoofdpersoon, Stijn, in beide verhaallijnen heel belangrijk is: hij is de bindende factor. |
|
Perspectief | We hebben te maken met een ik-verteller: Stijn vertelt het hele verhaal. Dit zal geen problemen opleveren. De verteller is niet geheel betrouwbaar, al spaart hij zichzelf ook niet als het gaat om reflectie op zijn eigen gedrag. Een N1-lezer zal zich niet bezighouden met de vraag naar betrouwbaarheid, voor een N2-lezer kan dat een uitdaging zijn. |
|
Betekenis | Voor een N1-lezer is de plot interessant genoeg. Het boek werkt voldoende op de emoties om de N1-lezer voldoening te geven. Voor een N2-lezer wordt de vraag interessant of hij de keuzes van de hoofdpersoon snapt. Of je man of vrouw bent, ongetwijfeld rijst de vraag: Hoe zou ik reageren als mijn partner in zo'n situatie zou vreemdgaan, als mijn partner kanker kreeg? Komt een vrouw bij de dokter bevat meerdere expliciete erotische/seksscènes. Voor een N1-lezer kan dit schokkend en/of spannend zijn: zeker als het een jonge N1-lezer betreft, is het wellicht de eerste kennismaking met seksualiteit en overspel in de literatuur. De achtergrond van de lezer en de aanwezige normen en waarden zullen bepalen of de lezer hier positief of negatief op reageert. Een N2-lezer zal zich daarnaast ook de vraag stellen of hij deze scènes ethisch juist vindt. |
Relevante bronnen voor docenten |
|
kluun.nl | Kluuns eigen website komrij.blogspot.nl | recensie door Gerrit Komrij, 'Lucifer in het hooi', 17 november 2009 trouw.nl | interview met Kluun aan de hand van de tien geboden |