Lezen voor de Lijst

Docenten Nederlands 15-18

 | niveau 5 | De zaak 40/61

Introductie

Harry Mulisch (1927-2010) behoort tot de grote schrijvers van de afgelopen eeuw. De Tweede Wereldoorlog was van beslissende invloed op Mulisch' leven en schrijverschap. De periode speelde zich af tijdens de cruciale jaren in het leven van een mens, tussen zijn dertiende en zijn achttiende. Befaamd is zijn uitspraak: 'Ik bén de Tweede Wereldoorlog', die onder andere zijn oorsprong vindt in het feit dat zijn moeder een jodin was en zijn Oostenrijkse vader een collaborateur. Duits was ook Mulisch' tweede taal en de schrijver is altijd sterk gericht geweest op Duitsland en de Duitse geschiedenis en cultuur.
Mulisch manifesteerde zich als society-figuur, maar hij mengde zich ook in maatschappelijke debatten. Zo versloeg hij het proces tegen de nazi Adolf Eichmann in Jeruzalem voor het weekblad Elsevier, wat resulteerde in De zaak 40/61.
Nederland kan worden onderverdeeld in Mulisch-haters en onvoorwaardelijke Mulisch-vereerders, maar zelfs zijn grootste tegenstanders zullen moeten toegeven dat Harry Mulisch een van de meest productieve, originele en veelzijdige schrijvers is geweest die Nederland ooit heeft voortgebracht. 
Harry Mulisch overleed op 30 oktober 2010. Hij is begraven op Zorgvlied in Amsterdam. 
Bron: kb.nl 

Inhoud

In dit boek doet Mulisch verslag van zijn reis door Israël en van de rechtszittingen rond het proces Eichmann in 1961. Ook verslaat hij zijn bezoek aan Berlijn en aan Auschwitz, dit allemaal in het kader van de rechtszaak. Het boek bestaat uit veertien reportages, waarin literatuur en journalistiek een in elkaar overlopen. Toch staat dit werk niet dicht bij de gewone journalistiek. Als je het werk ergens wil plaatsen dan zou dat in de buurt zijn van het new journalism, een stroming in de jaren zestig waarbij de persoonlijke weergave van het gebeuren erg belangrijk werd. De journalist is in deze stroming nadrukkelijk zelf aanwezig. Het idee erachter is dat op die manier de werkelijkheid beter beschreven wordt.
Mulisch speelt in zijn boek met contrasten en hij verwerkt persoonlijke elementen in het boek. Hij komt niet met een echte oplossing voor het 'raadsel Eichmann'; hij vergroot dit eerder. Hij begint het boek met het satansbeeld van Eichmann en gaandeweg zien we een gewone man die verkouden is. In die tijd was dat een revolutionair inzicht. Mulisch provoceert hier ook: de conclusie kan niet anders dan luiden dat Eichmann wel eens een gewone man zou kunnen zijn. Hij probeert met deze provocatie de discussie te openen. Ook de bewerking van de foto van Eichmann kan gezien worden als een vorm van provocatie. In zijn zoektocht naar de 'werkelijke' Eichmann creëert hij door middel van een knipactie twee nieuwe gezichten van de veroordeelde.
Mulisch bestrijdt in De zaak 40/61 als intellectueel de holle frase en de ideologie. Hij bekritiseert de simpele antwoorden en simplistische uitspraken. Zo gebruikt hij het bijbelse decor waarin hij verblijft om het proces Eichmann een breder kader te geven. Hij vertelt over de film De tien geboden die draait in de bioscoop. Hij speelt bovendien met de inwisselbaarheid van personages. Hijzelf wordt bijvoorbeeld  aangezien voor de persoon van Servatius, de verdediger van Eichmann en voor de openbare aanklager, Gabriel Bach. Ook de betrouwbaarheid van de gegevens ondermijnt hij. Zo verzwijgt hij hoe hij toegang kon krijgen tot het gebouw van de SS in Berlijn, vanwaaruit Eichmann opereerde. Je moet hem op zijn woord geloven - of niet. Alchemie speelt voor Mulisch een belangrijke rol. Onthechting is daarin een sleutelwoord, vooral verstoring van de vaststaande werkelijkheid. In het een na laatste artikel gaat Mulisch in op de betekenis van Eichmann voor hem persoonlijk. Over het proces zegt hij: [...] in het proces openbaart zich het mysterie.' En over Eichmann: '[...] hij hoort tot de twee of drie mensen, die mij veranderd hebben. Hij heeft mij vooral van veel genezen: van vrijblijvende verontwaardiging bij voorbeeld, maar ook van veel zorgeloosheid. Ook een zekere waakzaamheid heeft hij mij bijgebracht, mijn ogen zijn iets verder opengegaan. Ik zie zowel hem, mijzelf als de anderen in een feller licht.' Mocht de lezer hopen op een toelichting van deze uiteenzetting, dan komt hij bedrogen uit, want Mulisch vervolgt: 'En het merkwaardige feit doet zich voor, dat de contouren daarin onscherper zijn geworden. Er zijn verglijdende overgangen tussen hem en mij, de anderen en hem, mij en de anderen, maar ook tussen hem en de doden, de doden en mij, de anderen en de doden, schittering, dwalende plekken…. [nieuwe alinea] Hier begint de sprakeloosheid.'

Dimensies

Indicatoren

Toelichting | complicerende factoren

Algemene vereisten

Bereidheid De omvang (221 pp.) zal geen beletsel vormen, ook niet voor N4-lezers. Wel een mogelijke belemmering is de eruditie van Mulisch. Leerlingen die er niet van houden om onbekende zaken uit te zoeken, kunnen makkelijk het spoor bijster raken in dit boek. Verder zal een leerling (over het algemeen kleine) fragmenten van Duitstalige bronnen moeten kunnen begrijpen. 
  Interesses Leerlingen die ervan houden om op een filosofische en beschouwende manier naar vraagstukken te kijken, worden royaal bediend. 
  Algemene kennis Er wordt een algemene ontwikkeling verondersteld die leerlingen in de bovenbouw nog niet bezitten. Door het boek te lezen en door actief zaken zelf uit te zoeken komen de lezers veel te weten over  onderwerpen als de kenbaarheid van de werkelijkheid en de ander en jezelf. 
  Specifieke literaire en culturele kennis De gedetailleerde historische kennis van de Tweede Wereldoorlog, van filosofen als Socrates, van bijbelverhalen en van de politiek-religieuze situatie in Jeruzalem zal in veel gevallen te ver afstaan van de belevingswereld van de N4-lezer. Maar wanneer deze lezer bereid is zich te verdiepen in dit boek, zal hij misschien na afloop wel anders aankijken tegen de werkelijkheid. N5- en N6-lezers zullen smullen van de uitdaging die dit boek hun biedt.

Vertrouwdheid met literaire stijl

Vocabulaire Het is niet zozeer de woordenschat die een probleem vormt als wel de voorkennis die verondersteld wordt en de onverwachte wendingen die het verhaal soms neemt. 
  Zinsconstructies Geen probleem.
  Stijl De stijl is literair en bij tijd en wijle poëtisch: 'Zeilboten staan schuin in het water, boomkruinen hangen vol zon, gepavoiseerde plezierboten vullen zich aan de kade met dagjesmensen.' N5-lezers en hoger zullen hiervan genieten. 

Vertrouwdheid met literaire personages

Karakters De belangrijkste actor is Mulisch, maar het zijn de daden van Eichmann die hem hier brengen.
  Aantal karakters De twee belangrijkste personen in dit boek zijn Eichmann en Mulisch.
  Ontwikkeling van en verhouding tussen de karakters Het boek beschrijft de ontwikkeling van Mulisch gedurende het proces. Hij beschrijft aan het slot wat hij van Eichmann heeft geleerd. Eichmann dient als referentiepunt en ontwikkelt zich uiteraard niet in dit boek. Voor N4-lezers kan dit een teleurstelling zijn, wanneer zij verwachten een fictief inkijkje te krijgen in de krochten van Eichmanns gedachten.

Vertrouwdheid met literaire procedés

Spanning De voornaamste actie vindt plaats in het hoofd van Mulisch tijdens het proces. Hij is veel onderweg en observeert daarbij vooral en koppelt zijn bevindingen aan het proces. Voor N4-lezers en lager is dit boek hoogstwaarschijnlijk te traag, te saai, te langdradig.
  Chronologie Het verhaal is beschouwend. De schrijver wisselt zijn eigen belevenissen af met historische verwijzingen of met citaten uit relevante bronnen, die hij bewust niet  vertaalt.
  Verhaalijn(en) De verhaallijn is goed te volgen.
  Perspectief Het boek heeft een ik-perspectief. Voor N6-lezers is het interessant om te zien hoe Mulisch zichzelf het verhaal in schrijft, een literair procédé waarvan hij zich vaker bedient.
  Betekenis De interpretatie van het verhaal vormt de belangrijkste uitdaging van het boek. Deze is meerduidig en er valt dan ook veel over te zeggen. Om een betekenis toe te kennen aan het verhaal is het belangrijk  dat de impliciete verwijzingen, de vergelijkingen en de tegenstellingen zoveel mogelijk worden uitgezocht. Mulisch laat in deze bundel zien dat de werkelijkheid zich alleen laat kennen als je deze niet als een massieve, eenduidige entiteit benadert. De werkelijkheid benadert Mulisch net zoals hij een persoon benadert: met inzicht in de veelzijdigheid ervan en met een soort bescheidenheid (hoewel dit woord vreemd mag klinken bij Mulisch) voor wat betreft de grenzen van de kenbaarheid. Zelfs voor gevorderde N4-lezers zal de interpretatie zeer lastig zijn. N5- en N6-lezers worden enorm uitgedaagd door dit staaltje vakmanschap van Mulisch.